“Wie is Friso?” Dat was de vraag die mijn stagebegeleidster van Het Herstelbureau me stelde tijdens het eerste gesprek dat ik met haar had. Hoe simpel het ook klonk, ik had geen idee waar ik moest beginnen. Ik zei het.
Toen vroeg ze: Wanneer is je herstel begonnen? Daar kon ik meteen wat mee. Eigenlijk was de vraag dus: wie is Friso als ervaringsdeskundige? Wat dat betreft zijn er twee antwoorden; ik was als het ware geboren in een verkeerde baan, had veel last van stress, ontwikkelde een slaappillenverslaving en kwam thuis te zitten met een burn-out. Ik zag totaal geen uitweg of perspectief meer, wilde niet per se dood maar vooral “er niet zijn”. Ik ging pillen bijbestellen via internet, de verslaving liep uit de hand en ikzelf in meer dan zeven sloten tegelijk.
Zuster, kunt u mijn dealer bellen?
In een helder moment bedacht ik dat ik zo niet verder kon; ik zag mezelf voor mijn geestesoog als verslaafde bejaarde in een verzorgingstehuis, die aan de verpleging vroeg: “Zuster, kunt u mijn dealer even bellen, mijn slaaptabletten beginnen op te raken.” Ik zag dat niet gebeuren. Bovendien werd de druk van mijn omgeving om me op te laten nemen almaar groter. Intussen had de relatie met mijn toenmalige vriendin geen enkele inhoud meer. Ik was KO en zij ook; ze was óp van alle gedoe. Mei 2015, toen ik eindelijk zover was dat ik me zou laten opnemen in afkickkliniek Rodersana, bracht zij me naar het station. Op het perron omhelsde ze me stevig en langdurig. Ze zwaaide me uit. Dat gaf me hoop.
De suggestie van een relatie
Ze is me in die drie weken nooit op komen zoeken. Ook niet toen ik een weekend naar huis mocht. Dat deed pijn en het verbaasde me. Totdat iemand van Rodersana me in een gesprek zei dat die omhelzing misschien wel was bedoeld om écht afscheid van me te nemen, als een laatste saluut. Aan die mogelijkheid had ik niet gedacht. Te getroebleerd. Later zei mijn ex-vriendin me dat ze me al driekwart jaar daarvóór emotioneel had losgelaten. Ze had de suggestie van een relatie in de lucht gehouden, tot het moment dat ik dan eindelijk had ingestemd om me te laten opnemen. Toen was haar missie volbracht. En pas tóen stortte ze in, hoorde ik later.
Ik dacht dat ik over witte wijn kon lopen
Zodra ik uit de kliniek thuis kwam, was het eerste wat ik deed naar de Gall & Gall lopen om drank te halen. Ik ging vrijwilligerswerk doen bij Scorlewald, maar moest daar al snel weer afhaken. Want ik had het op een drinken gezet en dat kreeg mij al spoedig geheel onder de knie. Ik zoop zonder maat, dacht dat ik over witte wijn kon lopen zoals Jezus over water – symbool van onsterfelijkheid.
Ik had drie maal een onthoudingsdelier, allemaal thuis en in mijn eentje, met gratis hallucinaties; de eerste keer herinner ik me goed; mijn slaapkamer werd bezocht door drómmen mensen, allemaal heel vriendelijk en ze lachten ook, maar ze zeiden niets. Na een tijd werd ik ze zat, ook omdat een paar ervan bezig waren een complot te smeden, dat had ik heel goed door. Ik wilde dat ze vertrokken, maar dat verdomden ze en toen heb ik de politie gebeld. Die kwamen. Toen het loos alarm bleek, wilden ze me ergens mee naar toe nemen, en me wegstoppen of zoiets. Op de één of andere manier was mijn broer er ook, die was waarschijnlijk gebeld, en hij heeft dat weten te voorkomen. Hij nam me mee naar zijn huis, waar ik weer terugkwam.
Twee meter flessen en polyneuropathie
Even goed verzoop ik mezelf opnieuw in de drank. Zocht contact met Brijder (verslavingszorg). Om te stoppen. Weer delieren; als ik overeind probeerde te komen, voelde het alsof ik achterover kiepend, tuimelend, duikelend een vrije val maakte, machteloos, paniek laaide op, maar wist die te onderdrukken door mezelf te manen om kalm te blijven, rustig te ademen en roerloos, plat te blijven liggen.
Alleen, al die tijd alleen. Eind 2015 vroeg mijn familie zich af of ik de Kerst wel zou halen. Ik dreef in de drank. Twee meter flessen langs de muur; vol, halfvol, leeg. Ik was geworden als de vogel in deze indringende animatie over verslaving (Nuggets) – en erger.
Maar begin 2016 bemerkte ik verandering in mijn lijf. De zool van mijn linkervoet voelde vreemd; ik googelde – dat kon zowaar. Las over polyneuropathie; bovenmatig drankgebruik, afsterven van zenuwen, begint bij voeten, onomkeerbaar…
Dat was mijn wake-up call. Ik zag mezelf in een karretje, geïnvalideerd en afhankelijk. Dáár en toen was het moment; Punt. Uit. Grens. Ik verzamelde alle flessen, ledigde de volle klokkend in de gootsteen en bracht de lijken in vier keer naar de glasbak.
Ik wist wat ik wilde. Eindelijk!
Vanaf dat moment ben ik schoon. En schoon gebleven. Zonder de geringste moeite, en nog steeds. Raar maar waar, een witte raaf. Ik was in de WIA beland, had contacten verloren en oriënteerde me nu op de toekomst; wat wil ik, wie ben ik, wat kan ik en waar gaat mijn belangstelling naar uit? Ik las kranten, verzamelde knipsels. Pikte de spiritualiteit weer op. Iemand van de GGZ-NHN wees me op De Hoofdzaak in Alkmaar, gerund door en voor ervaringsdeskundigen. Prachtclub waar je gratis onder meer cursussen en trainingen kon doen. Als oud-journalist schreef ik het jaarverslag, veel van geleerd. Over psychische kwetsbaarheid; Over KOPP-kinderen. Dat we onze beperking niet zijn; stigmabestrijding. Niet tegenover maar naast de cliënt. Oordeelloos zijn. Prachtig, prachtig..! Ik wist wat ik wilde. Eindelijk!
Ze wees me op het bestaan van Howie the Harp
Toen begon de voorzienigheid zich te roeren. Najaar 2018 overleed een goede vriendin van me. Tijdens haar begrafenis kwam ik in gesprek met haar vriendin Louise Olij, die ik van verjaardagen kende maar betrekkelijk oppervlakkig. Ik vertelde over mijn wens: ervaringsdeskundige worden, en zij vertelde dat ze directeur Innovatie is bij HVO-Querido. Wat bleek? Bij: “HVO” werken tientallen ervaringsdeskundigen! Ze wees me op het bestaan van Howie the Harp, en het gegeven dat de mensen van Howie midden in de selectieprocedure zaten om studenten te rekruteren voor de eerste leergang in Amsterdam. Op de valreep kon ik aan de laatste selectieslag meedoen.
Dat is dus herstel…
De rest is geschiedenis; ik werd aangenomen. Ik weet weer wat hoop en perspectief zijn. Self empowerment. Ik keek met een schuin oog naar de hemel. Ik dacht aan mijn vriendin en aan mijn lieve vader, die in november 2017 is overleden en die nog tegen mijn ex-vriendin had gezegd dat hij niet kon overlijden, zolang ik verslaafd was. En dat is gelukkig ook niet gebeurd. Hadden hij en mijn overleden vriendin me een kontje gegeven? Ik ben romanticus genoeg om dat te willen geloven.
Inmiddels schrijven we 17 februari 2019. Ik ben een Howie en ready to stage: klaar voor de stage en voor het podium. Gisteren ontmoette ik een vriendin die ik al in geen maanden had gezien. “Je ziet er goed uit”, vond ze. “Je bent meer gefocust, helderder, je hebt je passie en pad gevonden en kunt daar in zíjn, je bent gedreven, en je bent met open aandacht aanwezig.”
Ik was het me niet bewust en bedankte haar. Toen besefte ik: dat is dus herstel.
Lees hier mijn eerste herstelverhaal…
Bekijk hier de PowerPoint presentatie van mijn eerste Herstelverhaal